woensdag 7 augustus 2013

Noord Amerika

 Door Tjalling van den Bosch

Noord Amerika bestaat uit twee landen de Verenigde Staten en Canada, sommigen voegen daar ook Mexico (geheel of gedeeltelijk) aan toe, maar daar zijn de eerder genoemde landen het niet mee eens.
Ik heb dit noordelijke gedeelte van het Amerikaanse continent vele malen bezocht, zowel privé als vanwege het 'sterkste man gebeuren' waaraan ik bijna 15 jaar lang deelnam. In het eerste land (the U.S.of A.) heb ik zelfs drie jaar lang gewoond vanwege werkzaamheden.

Nooit ben ik in al die jaren dammende Amerikanen tegen gekomen (ook geen schakende trouwens) en toch moeten ze er zijn. Vaststaat dat het damspel zich in V.S, in de loop van de tijd, in drie gedaanten heeft voorgedaan. Daar is (was) de rijke traditie van het Engelse 'draughts' dat, op de 64-velden,  met een zogenaamde 'korte dam', in de 17de eeuw door kolonisten werd meegebracht. Na een intensieve bloeiperiode in deftige hotels van de 'high society' schijnt het  spel thans gedoemd en voorgoed ten onder te gaan.

De 'American Checker Federation' vertegenwoordigt de beoefenaars van 'Spanish Pool' of 'Pool Checkers'. In volkscafés en openbare parken leggen voornamelijk gekleurde mensen, al gokkend, een potje dam. Het is 'ons dammen' alleen dan zonder de meerslagregel.

Tot slot is er de 'American International Checkers Society' dat het spel op de 100-
ruiten propagandeert, met name onder de 'pool'-adepten.
(bron NRC-rubriek van 22 mei 1976 geschreven door Andreas Kuyken).

Eén van de bekendste dammers uit de V.S. (op de 100-ruiten) was Carl 'Buster' Smith die in het tweede helft van de vorige eeuw regelmatig Europa aandeed. Een tweede was, in diezelfde periode, G. Leclair (uit Essex-Fells) die vooral bekend werd door zijn remise tegen Andreiko tijdens het Brinta toernooi van 1967 (5de ronde). Smith stond bekend als een verdediger pur sang, zo was hij toen op de 64-velden al meer dan 10 jaar ongeslagen. Harm Wiersma had het vaak moeilijk tegen Smith, niet dat ons erelid verloor, maar eigenlijk moest Wiersma hem verslaan en dat lukte regelmatig niet:

Wit: H. Wiersma
Zwart: C. B. Smith


Uit het Suikertoernooi 1975.

Met 34-29 lijkt ons erelid de winst af te dwingen. Echter, na 25 minuten diep gepeins vindt de postbode uit Chicago een subliem gambiet en tevens een sluitende remise-forcing ! (13-19) 35-30       (19-23) 29-24  (26-31) ! Het offer waardoor schijf 47 definitief buitenspel komt te staan. Met 47 op 48 zal wit  ongetwijfeld winnen ! 27x36     (17-22)  41-37   (14-19)  24x13  (18x9) 30-24    (21-27) 32x21   (16x27)  42-38  22-28  47-42   (27-32)
remise gegeven. Ja, ook 27-21 (33-39) 21-16/17 (39-43!) -42-38 is na het slaan, gewoon  remise- en zwart gaat dam halen op 48 en dreigt schijfjes op te gaan snoepen voordat wit de damlijn haalt.

Carl Smith, rust en vriendelijkheid zelve, zette zijn partijen, dag in dag uit, ééntonig en pretentieloos op, bij voorbaat was hij al tevreden met het lot van de ondergeschikte ! Het spel was voor hem een ritueel van het/zijn alledaagse bestaan. Uw penneleur ging op zoek naar een winstpartij van hem en vond er zowaar één. Uit de voorronde van het wereldkampioenschap van 1978 (Arco), tegen de Braziliaan Jose Maria Silva Filho, het zou zijn enige winstpartij zijn, tijdens dit toernooi, alle andere
partijen eindigden (u raadt het al) in remise en daardoor plaatste Smith zich niet voor de finale.
De partij werd inderdaad prentieloos opgezet, de ruiltjes werden (wederzijds) niet geschuwd en uiteindelijk zochten de spelers hun heil in het volgende klassieke standje:

Wit: C. B. Smith
Zwart: Silva Filho

Na zwarts laatste zet (38. 5-10) speelde wit 27-22 en toen moest zwart een schijfje inleveren, want tegen de dreiging 35-30, 34-29 en 22-18 is geen kruid gewassen, dus (21-27) 22x31  (13-18)?  32-27   en zwart gaf op !

U kunt de bovenstaande partij (onder andere) vinden op Toernooibase, ik vond het opmerkelijk dat wit, in de opbouwfase naar de diagramstand toe, wel heel gemakkelijk een  schijf op veld 36 plaatste, ach let bygones be bygones.
Dit was de Verenigde Staten van Noord-Amerika, volgende week gaan we de grens over naar Canada, waar heel wat opzienbaarder wordt/werd gedamd . . .

 Als opwarmertje het onderstaande opzienbarende tafereel:


In deze 20 om 20 ging het als volgt LOS :
Zwart begon met (20-24) 29x20 (15x24), en wit 'pakt' de één om twee door 33-28 (22x33) 38x20.
Zwart kwam nu met:  (23-29) 34x23 (25x45) en, of dit alles nog niet genoeg is, doet wit er nog een schepje bovenop met: 35-30 (14x34) 23x3.
Mocht u nu denken dat het spektakelstuk ten einde is ten heeft u het mis !Zwart sluit waardig af met (5-10) 39x30 (18-22) 27x9 (8-13) 9x18 (12x23) 3x21 (16x40) ongelooflijk !
Hoeveel dammers zijn in staat op de eindstand vanuit de diagramstand te doorzien ??

Het betreft hier natuurlijk een compositie en wie de maker is heb ik niet kunnen achterhalen, maar
dit diagram staat (onder andere) afgedrukt in het boekje van Harry de Waard 500 lokzetten . . .
 



 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten